De heilbot (Hippoglossus hippoglossus) is een straalvinnige vis uit de familie van schollen (Pleuronectidae), orde platvissen (Pleuronectiformes), die voorkomt in het noordwesten en het noordoosten van de Atlantische Oceaan.
Aan de Nederlandse kust is deze vis uiterst zeldzaam. Er zijn tussen 1987 en 1964 slechts enkele meldingen van jonge exemplaren.
De heilbot kan (mits met rust gelaten) enorm groot worden, tot een lengte 4,7 meter en met een gewicht van 320 kg. De vis wordt bij een lengte van 1,2 m geslachtsrijp en meet zelden langer dan 2 meter. Hij kan maximaal 50 jaar oud worden. Desondanks rapporteerde het Algemeen Dagblad in 2007 over de vangst van een ruim 100 jaar oude heilbot van circa 290 kilogram.[3] Hij heeft het uiterlijk van een platvis, dus de rechterkant ("bovenkant") van de vis is groenbruin tot zwart, de linkerzijde ("onderkant") is glanzend wit. De bek is heel groot, de huid voelt zacht aan. De zijlijn is bij de rechter borstvin halfcirkelvormig gebogen. De vis heeft één rugvin met 98 - 110 vinstralen en een aarsvin met 73 - 85 vinstralen.[2]
De heilbot is een zoutwatervis die voorkomt van de Golf van Biskaje tot Spitsbergen op een diepte van 50 tot 2000 meter onder het wateroppervlak.
Het dieet van de vis bestaat hoofdzakelijk uit dierlijk voedsel, jonge dieren eten macrofauna (vooral schelpdieren en krabben), volwassen heilbotten zijn roofvissen die minder aan de zeebodem zijn gebonden. Hierdoor kan men grote heilbotten ook aantreffen in het open water tussen bodem en wateroppervlak.